Hoe zit de verslaving aan roken, of specifieker benoemd: de verslaving aan nicotine, precies
in elkaar?
Het zit zo: van nature heeft elk mens al nicotine in het lichaam. Het is een neurotransmitter, die boodschappen doorgeeft tussen de zenuwcellen in de hersenen.
Door te roken krijg je extra nicotine binnen bovenop de normale waardes. Dat betekent dus dat je voortdurend jezelf een overdosis aan nicotine toedient. Doordat er veel te veel nicotine in het lichaam komt, probeert je lichaam dit te reguleren door de gevoeligheid ervoor te verminderen. Het gevolg is dat wanneer je niet aan het roken bent, je lichaam ‘het gevoel heeft’ dat het nicotinepeil te laag is; de gevoeligheid is immers verminderd dus het lichaam ‘denkt’ dat je tekort komt.
Hierdoor ontstaat de neiging om het nicotinegehalte weer op peil te brengen en dat uit zich in de behoefte om een sigaret te roken. Een roker lijdt dus continu aan de ontwenningsverschijnselen die bij een nicotinetekort horen. Dat geeft steeds weer de aanzet tot het opsteken van een nieuwe sigaret. De nicotine die via de sigaret het lichaam binnenkomt, remt de ontwenningsverschijnselen maar heeft in wezen geen enkel positief effect op de gezondheid.
Weet jij welke ontwenningsverschijnselen bij een nicotinetekort horen en kun je ze benoemen?
Ik zet ze hier op een rijtje. Doorgaans uiten de verschijnselen van het nicotinegebrek zich in een spanning en rusteloosheid en in angst, irritaties en hoofdpijn. Deze verschijnselen klinken zwaar, maar ze zijn in de praktijk veel minder ernstig dan mensen geneigd zijn te denken.
De bovenstaande informatie komt rechtstreeks uit de DVD cursus Stoppen met Roken. Denk je dat je beter wordt geholpen wanneer er beeldmateriaal aan theorie is gekoppeld? Bestel dan de dvd! Dit kunt u doen door te klikken op… roken
Geef een reactie