Selenium of seleen is een spoorelement (mineraal), waarvan het lichaam maar weinig nodig heeft.

Selenium zit in veel voedingsmiddelen, zowel in dierlijke (vis en vlees) als in plantaardige producten. Vooral in vis en bepaalde soorten noten (vooral paranoten) zit veel selenium. Ook vlees, volkoren graanproducten en zuivelproducten leveren in Nederland een belangrijke bijdrage aan de hoeveelheid selenium die we binnenkrijgen.

Opname van selenium

Gemiddeld neem je zo’n 70% van de selenium dat in je voeding zit op in je lichaam. Selenium werkt als antioxidant Het beschermt rode bloedlichaampjes en cellen tegen beschadiging en maakt zware metalen die door verontreiniging in voeding terechtkomen minder giftig. Selenium zorgt ook voor een goede werking van de schildklier

Seleniumtekort

In Nederland komt een seleniumtekort normaal gesproken niet voor. Symptomen van een tekort zijn gezien bij mensen die lange tijd parenterale voeding zonder selenium kregen. Bij parenterale voeding worden voedingsstoffen via de bloedbaan gegeven. Symptomen die optreden bij een selenium-tekort zijn hartstoringen, spierpijn en spierzwakte.

Te veel selenium

Het is vrijwel onmogelijk om via eten te veel selenium binnen te krijgen. Als je supplementen gebruikt kun je wel te veel binnenkrijgen. Een overdosis aan seleen is te herkennen aan:

* verlies van haar, nagels en tanden.

* huidbeschadigingen.

* aandoeningen van het zenuwstelsel.

Als je gezond en voldoende eet, krijg je voldoende selenium binnen. Dus supplementen met selenium kun je beter vermijden.

Aanvaardbare bovengrens

Omdat een te hoge inname van selenium negatieve gezondheidseffecten heeft, heeft de Europese Voedselveiligheid Autoriteit (EFSA) een aanvaardbare dagelijks bovengrens vastgesteld voor selenium.

1-3 jaar 60 mg

4-6 jaar 90 mg

7-10 jaar 130 mg

11-14 jaar 200 mg

15-17 jaar 250 mg

18 jaar en ouder 300 mg