Er zijn talrijke definities in de omloop, maar de meest volledige lijkt nog altijd die van de Wereldgezondheidsorganisatie ( WHO) te zijn: Gezondheid is een toestand van volledig lichamelijk, geestelijk en sociaal welzijn, en niet alleen de afwezigheid van ziekte en invaliditeit. Alhoewel, volgens een andere internetpagina wordt deze definitie wat afgezwakt naar: Een toestand van subjectief welbevinden op geestelijk, lichamelijk en maatschappelijk gebied, een evenwichtstoestand tussen krachten die deze balans verstoren en krachten die deze balans handhaven.

En deze laatste beschrijving zit veel dichter tegen de realiteit aan, simpelweg door het woordje volledig te vervangen door subjectief. Het is gewoonweg onmogelijk onder wat voor omstandigheden dan ook een situatie te scheppen waarin we op geestelijk, lichamelijk en maatschappelijk, ook wel sociaal genoemd, waarin we ons  ‘volledig ‘ gezond voelen. En dat houdt dan weer in dat we ons altijd in een ongezonde situatie bevinden, en laat dat nou net zijn wat we eigenlijk niet willen. Het draait om evenwicht en hoewel in algemene lijnen aangegeven kan worden wat goed en niet goed is voor het menselijk lichaam, is er niemand die ons exact kan vertellen waar voor ons persoonlijk dat evenwicht ligt. Het is zelfs al zo, hoe dwaas dat ook klinkt, dat het streven naar deze balans al een vorm van ongezondheid met zich meebrengt, vooral in het geval dat we er maar niet in slagen dat te bereiken.

Misschien zou het kunnen helpen als we de term: met mate, eraan zouden toevoegen, daarmee bedoelend de eerder genoemde krachten nodig om dat evenwicht in stand te houden, of te bereiken. Dit zou namelijk veroorzaken dat de gevolgen van de negatieve, zowel als positieve krachten niet zo excessief zullen zijn, en daardoor ook makkelijker weer te compenseren, en als zodanig zou het gemakkelijker worden terug te komen op het zo gewenste evenwicht.

Het klinkt misschien wat al te theoretisch, maar bedenk dan eens het volgende: ik lust best wel eens een patatje op zijn tijd, met mayonaise natuurlijk, kroketje erbij. Maar aan de andere kant wil ik wel elke dag mijn broek aan kunnen trekken zonder dat ik een gaatje verlies in mijn riem. En dus ga ik die dag niet met de auto naar mijn werk , maar met de fiets. En zo creëer ik eenvoudig te nemen maatregelen, die het me niet al te moeilijk maken mijn gewenste evenwicht te bewaren. Doe ik me echter vijf maal per week te goed aan allerlei soorten van junkfood, dan valt dat met fietsen al niet meer weg te nemen, en moet ik er serieus werk van maken deze negatieve krachten te compenseren. Ik voel me dan tijdelijk happy door het nuttigen wat ik lekker vindt, maar om mijn andere doelstellingen waar te maken ( broek en riem) zal dan ook veel meer van mij gevraagd worden.

Maar voor vandaag fiets ik wel, want ik heb genoten van de pizza Hawaï gisteravond.