In het dagelijkse leven treffen we allerlei verslavingen.
Een rookverslaving, een eetverslaving, een koopverslaving, verslaafd zijn aan je werk, een alcoholverslaving.
Ik vraag me ook wel eens af waar dit fenomeen dan vandaan komt.
Is het een uiting van overmaat die ergens zijn uitweg moet.
Hoe vaak en hoe lang duurt zo’n verslaving. En de meest brandende vraag “waarom”.
Waarom doen we dat?
Is het verveling.
Misschien verschilt dat wel van persoon tot per persoon.
En zou het vanuit je verleden komen, of komt het door opeenstapeling van emoties.
Mmm denk ik dan…en hoe los je dat op?
Maar ook hoeveel advies kunnen we daar niet voor krijgen en van wie.
Hoe hard moet je daar aan werken.
Is het blijvend of blijft het bij je horen?
Gaat het in pieken en dalen.
Gaat er een depressie aan vooraf.
Allemaal vragen die dan in me opkomen.
Gaan we niet direct op zoek naar een oplossing daarvoor, in plaats van naar de oorzaak te zoeken. Als we dat meteen aanpakken dan is het weg.
Wat zou er gebeuren, als we eens gingen stilstaan bij liefde.
Zelfliefde. “Oeh” daar zeg ik me wat.
Wat is dat?
Gewoon van jezelf houden. “Ai” dat is eng.
Dat waren een van mijn gedachten de afgelopen maanden toen ik verhuisde, van een huis met een verdieping, helemaal spik en span en met een mooie badkamer en een slaapkamer extra.
Ik had buren die me in het begin erg mochten, maar naar verloop van tijd zei ik” zoals het nu loopt, wil ik dat wel?’’
Misschien moet ik eens een keer “nee” zeggen.
Oei, ik dacht “ik groei”.
Want omdat ik een spierziekte heb, ging die meer protesteren.
Ik besefte dat mijn lichaam niet gelukkig was, ik moest daar iets aan doen.
Een andere plek dan maar in een andere wijk. Ja dat was het.
Toen ik eenmaal in mijn nieuwe huis zat, waar ik mijn rust vond, werd het ook daadwerkelijk rustig. Geen geluid, geen gedram en…stilte om tot mezelf te komen. En daar kwam het…in de stilte
heel bijzonder.
Ik leerde in de stilte horen wat mijn lichaam zei.
Voor het eerst was het stil om mij heen, en vertelde mijn lichaam dat ik moe was. Ik had pijn. Met name pijn in mijn hart. Ik wilde snoepen, kopen, vluchten, op pad.
Naar iets maar wist niet waarheen.
Als ik terug kwam was ’t er nog steeds. Ik was chagrijnig, ook tegen een ander.
Ook toen ik dat niet kon uiten, wat was het dan. Ik kon mezelf wat moeilijk accepteren hoe ik was.
Tot dat ik op het punt kwam.
Het punt dat ik al in geen tijden meer had beleefd.
Ik wist wel hoe ik klaar moest staan voor anderen, ik wist wel dat ik voor een ander kon koken, of iets voor een ander kon doen.
Kennen we allemaal niet dat punt, dat je tegen jezelf ja durft te zeggen. Voor jezelf mag koken. Voor jezelf het huis mag schoonmaken.
Zorgen voor jezelf.
“poeh” mag dat wel?
Wat een mooi besef.
Het bestaat echt
“Ja tegen jezelf zeggen”.
En genieten, mag dat wel
ook daar is een mooi antwoord op.
“Ja” het mag.
Dus van je zelf houden ook dan?
Het bestaat echt.
Houden van je zelf.
Mooi is dat.
Geef een reactie